Wat is een meewerkend voorwerp (COI)?

Het meewerkend voorwerp (COI) is het zinsdeel dat de ontvanger van de actie aangeeft. Het antwoordt meestal op de vraag "aan/voor wie?" of "aan/voor wat?" na het werkwoord.

Stappen om het COI te vinden en te gebruiken

  1. Identificeer het werkwoord in de zin.
  2. Vraag "aan/voor wie?" of "aan/voor wat?" na het werkwoord.
  3. Het antwoord op deze vraag is het COI.

Voorbeeldzinnen

Zonder voornaamwoord:

Zin: Je donne un livre à Marie. (Ik geef een boek aan Marie.)

Werkwoord: donne (geven)

Vraag: "Aan wie geef ik een boek?"

Antwoord: à Marie (aan Marie)

COI: à Marie

Met voornaamwoord:

In het Frans vervangen we vaak het COI door een voornaamwoord. De COI-voornaamwoorden zijn:

Zin: Je lui donne un livre. (Ik geef hem/haar een boek.)

Hier is lui het COI-voornaamwoord dat à Marie vervangt.

Plaatsing van het COI-voornaamwoord

Voor een vervoegd werkwoord:

Zin: Je lui parle. (Ik spreek met hem/haar.)

Het voornaamwoord lui staat voor het werkwoord parle.

Voor een infinitief:

Zin: Je vais lui donner un livre. (Ik ga hem/haar een boek geven.)

Het voornaamwoord lui staat voor het infinitief donner.

Bij een gebiedende wijs (imperatief):

Positief bevel: Donne-lui un livre! (Geef hem/haar een boek!)

Negatief bevel: Ne lui donne pas un livre! (Geef hem/haar geen boek!)

Praktijkvoorbeelden

Zin: Je parle à mon frère. (Ik spreek met mijn broer.)

COI: à mon frère

Met voornaamwoord: Je lui parle.

Zin: Nous écrivons une lettre à nos amis. (Wij schrijven een brief aan onze vrienden.)

COI: à nos amis

Met voornaamwoord: Nous leur écrivons une lettre.

Zin: Elle va téléphoner à sa mère. (Zij gaat haar moeder bellen.)

COI: à sa mère

Met voornaamwoord: Elle va lui téléphoner.